21 januari 2013

Systeem

Wanneer over een boek zo verschillend wordt geoordeeld en tegelijkertijd zoveel verschillende duidingen oproept, en wanneer de titel niet alleen in het Engels maar ook in andere talen (in elk geval het Nederlands) tot een inheems woord wordt beschouwd en in het woordenboek is opgenomen: tja, dan moet het wel een interessant boek zijn. Joseph Heller schreef Catch-22 in de jaren vijftig; het verscheen in 1961 en begon toen langzaam aan een veroveringstocht. Ik moest er even inkomen; voor de eerste honderd bladzijden had ik een kleine week nodig. Maar mijn stijgende verbazing sloeg om in bewondering, aandacht en vooral plezier, en de resterende vierhonderd bladzijden las ik vervolgens in enkele dagen. Joseph Heller gebruikte zijn eigen ervaringen als bommenwerper tijdens de Tweede Wereldoorlog om de absurditeit van de oorlog, maar zeker ook van de bureaucratische organisatie van het leger te schetsen. Hij koos voor een mengeling van tragiek en humor. Vooral om de hilarische dialogen met hun ultieme logica waar niemand wat mee kan, heb ik soms flink moeten schateren. Daarnaast beschrijft Heller ook de weinig vrolijke omstandigheden aan boord van het vliegtuig tijdens een aanval.
Catch-22 biedt geen chronologisch en geordend verhaal. In 42 hoofdstukken passeren vele personages de revue. Het is vooral de sfeer, de situatie aan de grond en in de lucht en vooral de onderlinge communicatie waar het in dit boek om draait. Voor de duiding van het boek is op internet veel informatie te vinden. Begin bij de Engelse wikipedia-pagina over dit boek (hier). Maar lees vooral het boek zelf!
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.