31 oktober 2012

Als vanouds

Over de laatste roman van Jeroen Brouwers Bittere Bloemen was ik niet heel enthousiast (zie hier de weblog daarvan), maar in het eerder deze maand verschenen negende deel Feuilletons Restletsels is Brouwers als polemist en literair scherpslijper weer helemaal op dreef. Boeiende stukken over Hermans en Mulisch, en verrukkelijke aanvallen op Brusselmans, Siebelink, het Letterkundig Museum en andere personen en instanties die zich met literatuur bezighouden: het staat er allemaal in. In het achtste feuilletonsdeel Sisyphus' bakens (hier de weblog) rekent Brouwers af met de taalunie; in Restletsels doet hij er nog een schepje bovenop en treedt hij in Cato's voetsporen door op meerdere plaatsen in dit boek aan te geven dat hij van mening is dat de taalunie opgedoekt mag worden. Hoogtepunt vind ik zijn stuk over Jan Siebelink (vanaf blz. 224); ronduit kostelijk. Moge Brouwers ondanks zijn kwalen waar hij hier ook over schrijft nog vele jaren gegeven zijn en die jaren stevig doorschrijvend besteden.
Meer Leeslog in eerdere maanden - zie de 'archives' in de rechterkolom.